Toelichting op de Praktijkaanwijzing Derdengelden – FAQ voor Notariskantoren


Wanneer ben ik als derde gerechtigd op een aandeel in het saldo van de derdengeldenrekening?

U bent gerechtigd zodra de voor u bestemde gelden daadwerkelijk op de derdengeldenrekening van de notaris zijn bijgeschreven. Dit gebeurt doorgaans op basis van een nota van afrekening. Bij overdracht van registergoederen geldt dat u pas als rechthebbende wordt aangemerkt na de overdracht en de narecherche.

Hoe wordt de minimale buffer berekend?

De minimale buffer voor het komende boekjaar wordt berekend op basis van de kosten van het voorgaande boekjaar:
(recherchekosten Kadaster + inzage- en bevragingskosten KvK) / 9 = minimale buffer

Moet de minimale buffer jaarlijks opnieuw worden berekend?

Ja, elk jaar opnieuw op basis van de kosten van het voorafgaande boekjaar, zodra alle nota’s van het Kadaster en de KvK zijn verwerkt.

Ik houd al een toereikend bewaringsoverschot aan. Moet ik dan alsnog een extra buffer aanhouden?

Nee, mits uw overschot ook de kosten dekt zoals genoemd in de Praktijkaanwijzing derdengelden. U beoordeelt zelf of dit het geval is.

Hoe bereken ik de minimale buffer als ik slechts een deel van het jaar als notaris heb gewerkt?

Bereken het maandgemiddelde van de kosten en vermenigvuldig dit met 12. U kunt ook gegevens van het protocol van uw voorganger gebruiken.

Hoe bereken ik de buffer bij een nieuwe standplaats zonder volledige maand werkervaring?

U houdt een fictieve buffer aan op basis van een eigen inschatting van de verwachte kosten.

Moet ik het Kadaster en de KvK betalen vanaf de derdengeldenrekening?

Ja, dit wordt sterk aanbevolen. De volledige crediteurenpositie van het Kadaster telt mee als aftrekpost bij de berekening van de bewaringspositie.

Veelgestelde Vragen van uw administrateur en accountant

Wat verandert er in de berekening van de bewaringspositie?

De inschrijvingskosten van het Kadaster worden voortaan als aftrekpost meegenomen, zowel voor reeds gefactureerde als nog te factureren bedragen.

De facturen van het Kadaster bevatten zowel inschrijvingskosten als overige kosten. Moet ik de inschrijvingskosten verbijzonderen?

Nee, dat is niet nodig. U kunt de gehele crediteurenpositie van het Kadaster als aftrekpost meenemen bij de berekening van de bewaringspositie.

Is er sprake van dubbeltelling van recherchekosten als ik hier ook al een buffer voor aanhoud?

Ja, dat kan voorkomen. Dit is een bewuste keuze om de administratieve lasten voor het kantoor te beperken.

Wat valt onder de recherchekosten van het Kadaster?

Kosten voor raadpleging van het Kadaster, zoals inzages in Hypotheken 3/4, opvragen van akten, kadastrale kaarten, en onderzoeken naar erfdienstbaarheden of filiatie.

Wat valt onder de inzage- en bevragingskosten van het Handelsregister?

Kosten voor inzages, uittreksels en gedeponeerde stukken die u opvraagt bij de Kamer van Koophandel ten behoeve van een dossier.

Hoe wordt de bewaringspositie berekend?

Voorheen:
Kwaliteitsrekeningen: € 1.000.000
P/A rekeningen: € 200.000
Af: Schulden aan cliënten: -€ 1.050.000
Af: Overdrachtsbelasting: -€ 50.000
Af: Debetposten: -€ 10.000
= Bewaringspositie: € 90.000

Nieuw (volgens Praktijkaanwijzing):
Kwaliteitsrekeningen: € 1.000.000
P/A rekeningen: € 200.000
Af: Schulden aan cliënten: -€ 1.050.000
Af: Overdrachtsbelasting: -€ 50.000
Af: Debetposten: -€ 10.000
Af: Nog te betalen inschrijvingskosten Kadaster: -€ 5.000
Af: Reeds gefactureerde Kadasterkosten: -€ 6.000
= Bewaringspositie: € 79.000

Hoe wordt de minimale buffer berekend volgens de Praktijkaanwijzing derdengelden?

Voorbeeldberekening:
Recherchekosten Kadaster 2022: € 15.000
Inzage- en bevragingskosten KvK 2022: € 3.000
Totaal: € 18.000
Minimale buffer 2023: € 18.000 / 9 = € 2.000
Het verdient aanbeveling om deze buffer in uw financiële administratie op te nemen en als aftrekpost mee te nemen bij de berekening van de bewaringspositie.